Texas
Azoren
Roadtrip Amerika
Londen
IJsland
Zuid Amerika
Japan
Wereldreis 2009
Bosnië en Herzegovina
Onze foto's
Oostenrijk
Monument Valley
Monument Valley
 

Op dinsdag 2 april gaan we voor het eerst deze reis echt de spectaculaire natuur van Utah en Arizona in, deze natuur blijft hierna nog lang op ons netvlies gebrand staan. Vlakbij onze camping in Bluff bevind zich Goosenecks state park. Dit park is te bereiken via een dirtroad door Valley of the Gods, maar dit wordt afgeraden voor campers. We nemen dus maar de verharde weg en rijden al snel weer door gekleurde rotsen om na een paar kilometer bij een klein hokje aan te komen waar we 5 dollar moeten betalen om het park te bezoeken. Dit doen we graag, want de vorige keer dat we hier waren weten we nog goed. Het uitzicht is hier namelijk zo bijzonder dat we dat niet zomaar zijn vergeten. De San Juan rivier heeft hier in vele jaren een perfecte meander gecreëerd.

We hebben uitzicht over 8 km van deze rivier, die hemelsbreed maar 1,5 km in beslag neemt. De bochten zijn net als de haarspeldbochten een berg op. 300 meter onder ons zien we de rivier stromen en her en der drijft er een bootje. Door de kleuren van de rotsen, de absurde bochten in de rivier en het totaal overzicht is dit misschien wel het mooiste stukje Utah. Maar ja, dat zullen we later deze week nog wel vaker zeggen over andere gebieden.

Als we een tijdje rustig van het uitzicht hebben genoten stappen we in de camper op weg naar Mexican Hat. Dit is een mini plaatsje met 26 inwoners. De naam van het plaatsje komt van de nabijgelegen rotsformatie. Bovenop een butte staat een omgekeerde sombrero. Dit ziet er behoorlijk wankel uit, de hoed lijkt elk moment omver te kunnen vallen, een bijzonder gezicht. In het plaatsje is een hotel met bijbehorend restaurant waar we een lekkere lunch bestellen. Vanuit Mexican Hat is het maar een klein stukje naar Monument Valley. Deze vallei met z’n rode buttes is bekend van de cowboy films en staat symbool voor het wilde westen. Maar misschien is het wel het bekendst door de Forrest Gump film. De plek waar Forrest in de film stopte met rennen is nu een druk bezocht punt. Vrijwel alle toeristen willen hier stoppen voor een selfie. De weg is kaarsrecht en is de doorgaande weg door de vallei, de locals rijden er loeihard dus het is best gevaarlijk. Inmiddels zijn er wel turnouts waar je de auto kunt parkeren, maar in het hoogseizoen zullen veel toeristen gewoon op de weg parkeren. Enfin, de weg loopt hier naar beneden en op de achtergrond zijn de rotsformaties van Monument Valley te zien. Wij doen ook mee aan de gekte en lopen ook gewoon de weg op voor onze foto’s, het uitzicht is ook echt heel bijzonder.

De weg door Monument Valley is dus een doorgaande weg en zodoende gratis. Langs de weg zijn zo’n 15 plekken waar we de camper kunnen parkeren om even rustig de uitzichten in ons op te nemen. Overal waar we kijken staan van die losstaande rotsformaties, ze variëren van 100 tot 300 meter hoog, echte kolossen dus. Van de vorige keer weten we dat er een dirtroad tussen de buttes door is. Als we bij die weg in de buurt komen blijken we 20 dollar te moeten betalen en als we betaald hebben wordt ons verteld dat we de weg niet met de camper mogen rijden, dit kan wel met een tourtje. Gewone auto's kunnen de weg overigens wel rijden. Raar maar waar. Er staat nu een visitor center en een hotel waar we wel een heel mooi uitzicht hebben over de vallei. Onze camping is ook in de vallei, maar eerst rijden we nog door een voor ons onbekend stukje. Als we richting de camping rijden blijkt deze in een soort kloof te liggen, erg indrukwekkend. We zetten de camper op z’n plek en maken een korte wandeling over slickrock en onder een kleine arch door.

Op woensdag rijden we via Monument Valley Arizona in om via Kayenta naar Page te rijden. Onderweg komen we weer langs de meest uiteenlopende uitzichten. Zo staat daar ineens een vierkante rotsformatie in het landschap, verderop rijden we de Colorado rivier over via de Glen Canyon dam. Voordat we in Page naar een camping gaan willen we eerst Horseshoe Bend bezoeken. Dit is een stuk van de Colorado rivier die in een hoefijzer vorm door het landschap stroomt en zo een enorme canyon heeft uitgesloten van 300 meter diep. Om bij de rivier te komen moeten we de camper op een stoffig parkeer terrein zetten waar we eerst even lunchen. Er staat een lange rij van mensen die met de bus naar het begin van de wandeling worden vervoert. We betalen 5 dollar en wachten een kwartiertje op onze bus. Ondertussen is er overigens een nieuws parkeerterrein geopend. Hiervoor betaal je 10 dollar per auto. Wij worden met de bus naar het begin van de wandeling vervoert en we wandelen we in een kleine file van 1,5 km naar het uitzicht punt. Het mooie is dat de canyon pas te zien is als we aan het randje staan. En dan ook echt aan het randje! De wanden lopen kaarsrecht naar beneden en onder ons zien we de Colorado in een hoefijzer vorm aan ons voorbij stromen. Het water is zo helder dat we de bodem kunnen zien en langs de oevers groeit veel groen. Samen met de rode kleur van de rotsen geeft dit weer zo’n spectaculair uitzicht dat we dat niet snel meer vergeten. We willen de nacht graag doorbrengen op een camping aan Lake Powell. Dit is een stuwmeer tussen de rode rotswanden, ook weer heel bijzonder. Het blijkt dat de camping maanden van te voren is volgeboekt, maar door een annulering hebben we gelukkig nog een plek. We maken nog een wandeling naar het meer, maar verder doen we niet veel meer, we hebben heel wat indrukken te verwerken. Eigenlijk zijn we in Page voor Antelope Canyon, Pat is hier in 2000 geweest en wil graag nog een keer terug. Een paar dagen eerder hebben we online al een foto tour voor Pat en en tour met gids voor Syl geboekt. In totaal waren we hier 400 dollar voor kwijt en dit blijkt het gelukkig aan het einde van de dag wel waard. Om aan de foto tour mee te doen moet je wel serieus zijn en de juiste camera en statief bij je te hebben. Pat heeft zijn spulletjes goed voor elkaar en mag dus mee. Syl gaat iets later met een andere groep op pad. In eerste instantie is Pat helemaal en alleen en wordt in de eerste canyon afgezet.

Antelope canyon is dan wel het bekendst, maar er schijnen hier zo’n 25 kleine canyons te zijn, allemaal in privé bezit van de Navajo indianen.  De eerste canyon die wordt bezocht is Owl canyon, hierin worden nogal eens uilen gespot. De canyons die hier te vinden zijn zijn bijna allemaal lopend te bereiken omdat ze op grond niveau zijn. De zogenaamde ‘slot canyons’ zijn uitgesleten door weer, regen, ijs en stromend water. Gelukkig stonden ze vandaag droog en konden wij er rustig rondkijken. Zelfs zo rustig dat Pat er het eerste half uur helemaal alleen is om foto’s te maken. Het is vooral oefenen in deze canyon, de Antelope canyon schijnt een stuk mooier te zijn. Na een half uurtje komt de groep van Syl ook de Owl canyon in. Pat heeft intussen wat foto’s gemaakt en een vliegende uil gehoord en gezien, gaaf! De volgende stop is Rattlesnake canyon, ook deze is weer smal en hoog. De wanden van de canyon lijken heel glad en zijn mooi glooiend. Dit geeft een heel mooi en bijzonder effect omdat je niet rechtdoor naar het einde van de canyon kunt kijken, maar overal ronde vormen en bochten ziet. De canyons zijn zo’n 200-400 meter lang en zo’n 40-50 meter hoog. De derde canyon is het bekendst, de Antelope canyon. Wij bezoeken de op grond niveau toegankelijke upper canyon, er is ook een lower canyon, deze ligt ondergronds. Als we aankomen is het wel even schrikken want er staan al heel wat auto’s met toeristen voor de ingang. Er staat zelfs een rij met wachtende mensen. Pat heeft geluk, want het belangrijkste voordeel van de foto tour is dat alle andere toeristen op afstand worden gehouden. Het gaat als volgt voor de fotografen; de gids weet de mooiste plekjes in de canyon en verteld waar je moet gaan staan en waar je op moet focussen. De camera kan dan ingesteld worden en er kunnen proef foto’s worden gemaakt. Tegelijkertijd wordt de ruimte vrijgemaakt van andere toeristen en krijg je 2 minuten de tijd om het perfecte plaatje te maken. Er wordt zelfs afgeteld! Zo gaat dat op zo’n 10 plekken waarbij de gidsen de fotografen helpen met het maken van instellingen en zetten de fotografen ook op de foto, echt een hele goede service. De canyon is bekend geworden door een fotograaf die de inkomende zon heeft gefotografeerd, jammer genoeg is dit lichteffect alleen zichtbaar in juni, als de zon op zn hoogst staat. Desondanks is de canyon in de lente ook erg mooi en is het licht ook dan ook super om te zien en te fotograferen. Er zijn dus echt hele mooie plaatjes gemaakt, zie hier . Terwijl Pat aan de foto tour meedoet, loopt Syl met haar eigen gids en andere bezoekers door de canyon en bekijkt op die manier de canyon. Op het laatst gaan we nog naar een vierde canyon die niet eens een naam blijkt te hebben. Het was een zeer mooie ochtend en ondanks de drukte en de hoge prijs was het zeer de moeite waard.

Morgen rijden we weer terug naar Bluff.