Texas
Azoren
Roadtrip Amerika
Londen
IJsland
Zuid Amerika
Japan
Wereldreis 2009
Bosnië en Herzegovina
Onze foto's
Oostenrijk
Verkopers aan Santa Fe Plaza
Verkopers aan Santa Fe Plaza
 

Op de grens met New Mexico rijden we ook een tijdsgrens over, we zitten nu in Mountain standard timezone en dus heeft onze dag een uurtje extra. In New Mexico verandert het landschap weer. Het is nog steeds droog en uitgestrekt maar nu zien we in de verte bergen opdoemen met sneeuw erop. Er komen steeds meer lage struiken en als we eenmaal van de snelweg af zijn en richting Santa Fé rijden zien we weer waarom we het hier bijna 14 jaar geleden zo mooi vonden. De weg is niet meer alleen rechtdoor en we klimmen bovendien naar 2000 meter hoogte. In Santa Fé maken we een stop bij onze favoriet supermarkt de Albertson’s en rijden naar de camping. Binnen no-time staan we.

We hebben toch weer bijna 500 kilometer overbrugd en besluiten de stad Santa Fé te bewaren voor vrijdag, als we uitgerust zijn. We maken er dus een rustige middag en avond van. Vrijdagochtend hebben we een foto en verhalenschrijf ochtendje, we doen de was en zitten een beetje te chillen. Rond 1 uur lopen we naar de bushalte, de bus brengt ons rechtstreeks naar het centrum van deze stad. De bouwstijl hier is geweldig en eigenlijk overal in doorgetrokken. Het is de Adobe bouwstijl, aarde kleurige gebouwen, waarbij de verdiepingen heel vloeiend in elkaar overlopen, de hoeken mooi afgerond zijn en op regelmatige afstand van elkaar balken naar buiten steken. Het is echt een heel mooi en sfeervol geheel, het helpt natuurlijk mee dat het weer goed is. Met zon en een strakblauwe hemel ziet het er allemaal toch net even wat leuker uit. Het centrum van Sante Fé is compact, in 2 uurtjes hebben we alle straatjes wel doorkruist en de kerken bezocht. De laatste kerk die we zien is echt wel bijzonder, het heeft de originele houten dakbalken nog en de rest is wit “gestuucd”. Het ligt valt hier bovendien op een hele mooie manier naar binnen zodat het helder en warm is tegelijkertijd. We lopen nog wat rond, kijken in wat winkeltjes en zoeken vervolgens Desert Dogs Brewery op om een lokaal gebrouwen biertje en een abrikozen cider te drinken. We willen bbq eten en lopen daarom naar The Cowgirl. Een typisch Amerikaans restaurant/kroeg waar veel locals maar ook veel toeristen komen. We zitten heerlijk te genieten van een happy hour margarita en biertje en bestellen een Mexicaans voorgerecht; een gepofte bol knoflook met salsa van groene tomaten, gesmolten kaas en war geroosterde broodjes. Die knoflook is echt geweldig en omdat ie gepoft is is de smaak heel zacht geworden. Dus een uitgesmeerd teentje knoflook, wat groene salsa en kaas op een broodje en eten maar! Heerlijk! Net als de diverse vleessoorten van de Mesquite BBQ. We hebben samen 1 hoofdgerecht besteld en komen erachter dat dat echt genoeg is. Op weg naar het busstation komen we langs een bijna lege kroeg die gerund wordt door een oude Griek, we kunnen het niet laten om er nog wat te drinken. We komen netjes op tijd op het busstation aan en worden voor de deur van de camping afgezet.

Zaterdagochtend komen we erachter dat onze verwarming het ineens niet meer doet…. Oeps…. En het beloofd de komende nachten alleen maar kouder te worden. We checken de manual en doen alles wat het boek aanraadt in dit soort gevallen maar helaas, de verwarming heeft er geen zin in. Dan maar de roadside assistance van El Monte, de verhuurder, bellen. We worden keurig te woord gestaan en er wordt gezegd dat ze in het weekend eigenlijk niks voor ons kunnen doen. We kunnen een elektrische kachel kopen en de kosten declareren als we de camper inleveren. Dus op zoek naar een elektrische kachel. Het elektrische-kachel-verkoop-seizoen blijkt net te zijn afgelopen bij Home Depot en Walmart maar uiteindelijk komen we bij een klein obscuur bouwmarktje waar ze ze nog wel verkopen. We kopen een prachtexemplaar en vervolgen onze weg naar Taos. We nemen vandaag de Highroad to Taos omdat dat de mooiste route schijnt te zijn. Het is inderdaad een geweldige bergroute die ons langs diverse Pueblos (traditionele Indiaanse dorpen) leidt. We stoppen af en toe voor een foto en bezoeken El Santuario die Chimayo een Adobe kappelletje dat uit 1816 stamt en nog steeds een soort bedevaartsoort is. Het is inderdaad een mooi oud kerkje wat geweldig ligt met droge bergen op de achtergrond maar omringd door lente groene natuur. In Toas aangekomen willen we Taos Pueblo, het oudste bewaard gebleven en nog steeds bewoonde dorp van de Pueblo indianen, bezoeken. De kosten zijn echter behoorlijk en we besluiten dat we genoeg oude dorpjes hebben gezien. Dus we gaan even Taos stad in. In de boekjes staat dat hier een sfeervol centrum zou zijn maar ons valt het wat tegen. Wij vonden Santa Fé vele malen leuker. Geeft niks, het is ondertussen al 5 uur dus we rijden naar een camping in de buurt. Het is camping Bello Monte en de naam had niet beter gekozen kunnen zijn. De ligging op de hoogvlakte met aan alle kanten opdoemende bergketens is geweldig! Aangezien er geen enkele beschutting is en het vandaag hard waait is het ook een koude camping, we zijn dus blij met onze kachel! De mevrouw van de camping is super aardig en vertelt ons wat we allemaal kunnen doen in de omgeving, we kunnen wat wandelingen maken vanaf de camping en 2 kilometer verderop zit een brouwerij maar we besluiten dat het overal te koud voor is. We gooien een pizza in de oven, kijken hele oude Amerikaanse TV en dansen in de camper om het warm te krijgen. Niet gek toch?!

Als we wakker worden is de wind gaan liggen maar het campetje is in de nacht toch behoorlijk afgekoeld, niet zo gek natuurlijk als het 6 graden vriest… We rijden op tijd weg want vandaag hebben we een behoorlijk rit voor de boeg, we gaan naar Cortez een dorp in de buurt van Mesa Verde. Het is zo’n 400 km rijden dus we gooien de tank vol en gaaaaan. Vlakbij de camping is een grote brug over de Rio Grande, waar we natuurlijk even stoppen en in het 170 meter diepe ravijn staren. Syl raakt aan de praat met een Pueblo dame die eigengemaakte sieraden verkoopt en koopt natuurlijk een paar armbandjes. De dame vertelt dat het over 3 à 4 uur gaat sneeuwen in Taos. En de sneeuw komt precies uit het zuid-westen, ach daar moeten we net heen. We rijden weg en inderdaad niet veel later zien we sneeuw in de woestijn, het sneeuwt bij ons echter nog niet. Als we een uur verder zijn is dat wel anders.

De route leidt ons door een National Forest en aangezien de weg open is rijden we maar gewoon, het is daarbij een soort van geruststellend idee dat er achter ons nog wat mensen rijden want het sneeuwt steeds harder en de weg wordt ook al wat wit. Op een gegeven moment lijkt het alsof de weg toch afgesloten is maar als dat niet zo blijkt te zijn rijden we maar verder, de andere auto neemt het voortouw en wij rijden er kalmpjes achter aan. Het gaat steeds hoger, de sneeuw komt welliswaar in kleine vlokjes maar toch gestaag naar beneden en de weg is compleet wit. Op 3250 meter lijken we het hoogste punt te hebben bereikt, de sneeuwbergen langs de kant van de weg spreken boekdelen; die zijn zeker 2 meter hoog. De camper ligt stabiel op de weg en we hoeven niet te remmen dus alles gaat goed. Als we uiteindelijk de besneeuwde weg achter ons laten zijn we toch wel een beetje opgelucht. De volgende hoogvlakte dient zich aan en af en toe hebben we een beetje uitzicht maar het blijft eigenlijk de hele weg sneeuwen. We rijden dus gewoon 5 uur in een dikke sneeuwbui. Als we in Cortez aankomen gaat de zon schijnen, uiteraard. We parkeren de camper en wandelen een stukje door het dorp. Uiteindelijk komen we bij een lokale brouwerij aan en drinken er natuurlijk wat. De volgende brouwerij is niet ver weg dus daar stoppen we ook nog even voor een hapje en een drankje en dan is er ook nog een 3e brouwerij in het dorp. Daar gaan we ook nog even langs en eten er en gefrituurde cheesecake! Het is nog steeds pas 8 uur als we thuiskomen.

Maandag staat in het teken van Mesa Verde. Mesa Verde is een gebied waar tot 700 jaar geleden een aantal dorpen waren waar Pueblo indianen woonden. De dorpen werden onder overhangende rotswanden gebouwd zodat ze beschermd waren tegen regen, wind en aanvallen van vijanden. De dorpen zijn ergens rond 1880 herontdekt en ondertussen gedeeltelijk gerestaureerd. In het grootste dorp waren wel 150 kamers gebouwd die soms in torens tot wel 5 verdiepingen hoog waren, en dat allemaal altijd onder de overhangende rotsen. Heel bijzonder, het landschap is dat ook. We rijden op de Mesa (=tafel) en zien vanboven af de dorpen die in de kliffen van diepe ravijnen zijn gebouwd. Vroeger waren hier zo’n 4000 dorpen, er waren dus paden tussen de dorpen, een levendige handel en het was er soort van druk. Het is onbekend waarom de Pueblo indianen de dorpen hebben verlaten. In dit jaargetijde zijn nog niet alle wegen in het park open en is de camping nog dicht. Ook de tours gaan nog niet, dat vind ik (Syl) eigenlijk wel jammer want ik had graag door de dorpen heen gelopen en geklauterd over ladders. Maar het is wat het is in dit seizoen en gezien de dikke sneeuwbuien van gisteren zijn we eigenlijk al blij dat het park open is.

Ergens halverwege de middag rijden we het park weer uit en besluiten we dat we nog best een stukje kunnen rijden. We scheuren door het steeds kleurrijkere rotsachtige en woestijn landschap en verbazen ons over de uitzichten. We rijden nog steeds op 1500 meter en zien om ons heen gele, groene, rode, witte gesteentes in de bergen en naast de weg canyons in weer andere kleuren. De nacht brengen we door op een kleine camping in Bluff. In Bluff wil men graag de donkere nachtelijke hemel bewaren en dus zijn er geen grote straatlantaarns. Ondanks de sluierbewolking zien we toch wel aardig wat sterren, fijn hoor! O ja, het is ook weer wat warmer, ik zit zelfs even met blote armen in de zon laat op de middag.

Dinsdag is de groooote dag; de Goosenecks, Mexican Hat en Monument Valley staan op het program.