Texas
Azoren
Roadtrip Amerika
Londen
IJsland
Zuid Amerika
Japan
Wereldreis 2009
Bosnië en Herzegovina
Onze foto's
Oostenrijk
Acadia National Park
Acadia National Park
 

Zondagochtend worden we vertrouwd vroeg wakker (06.30 uur, echt waar!). Opstaan, ontbijten, spul inpakken en we zijn weer onderweg. We stoppen bij het mooie kustplaatsje Camden, waar we voor alle andere toeristen door de klassieke haven lopen en genieten van de zon. Het is op dit tijdstip al warm genoeg voor de korte broek en slippers. We verwachten zeker niet dat het de hele vakantie zo'n warm weer blijft dus genieten we er extra van. Vandaag is het de bedoeling dat we in Acadia National Park, op Mt. Desert eiland aankomen. Dat is niet ver meer dus nadat we Camden uitrijden doen we nog ff wat boodschappen en rijden door naar het park. Acadia NP is dus op een eiland gelegen en wordt bereikt met een brug. Het bestaat min of meer uit twee landtongen.

Het ene deel is toeristisch met een route uitgezet door de National Park Service, de andere landtong is rustig en met wat kleine dorpjes bebouwd. Het Acadia NP is uniek in opzet, de stukken land die in bezit zijn van het NP zijn geschonken door particulieren die wilden dat de natuur behouden bleef voor de generaties na hen. Bij de meeste parken heeft de regering een stuk land aangewezen als NP. In Acadia vind je dus dorpjes, toeristische uitspattingen, visserij maar ook natuur toerisme.

Wij hebben een plekje bemachtigd op seawall campsite, een National Park camping zonder faciliteiten. Dat is prima want alles wat we nodig hebben zit in de camper, lekker makkelijk. Eenmaal aangekomen relaxen we even voordat we de rest van het eiland gaan verkennen. De kleuren in dit noordelijke deel van de staat zijn al prachtig, we zien meerdere keren het gedroomde plaatje van kleurrijke bergen die weerspiegeld worden in een meertje voorbij komen. De kustlijn is ruig met bijna fjordachtige inhammen en op veel plaatsen staan vuurtorens. Dit is overigens overal langs de grillige kust van Maine het geval.  We lopen naar 1 van de vuurtorens toe, in dit exemplaar zit een rood licht en staat werkelijk op een prachtig punt waarbij we uitzicht hebben op een stuk of tien eilanden die voor de kust liggen. Ondertussen is het dan tijd om echt te relaxen en dat lukt prima op de camping onder het genot van een biertje en een vet vuur. De oven doet zijn werk en levert een keurige pizza aan ons af. Prima avond!

Alweer vroeg wakker gaan we maandag richting het onbebouwde deel van Acadia. Na wat heen en weer gezoek en gevraag vinden we de entree naar de loop road. Een mooie rondweg langs de kust en heuvels. De kust is grillig, terwijl aan de andere kant de heuvels juist een rustige blik geven. Dit komt vooral omdat er hier veel loofbomen staan die juist nu van kleur aan het verschieten zijn. Her en der zijn wandelpaden uitgezet en uitkijk plekjes gemaakt om over de kust uit te kijken. Een van deze plekken bied uitzicht op een mooie baai met eilandjes, op een klif staat een huis dat niet zou misstaan in Bloemendaal. Groot, lelijk, maar wel met charme, en natuurlijk uitzicht op de bossen en de zee. Bij Sand Beach gaan we er even uit om over het strand te wandelen. In het National Park ligt een berg met de mooie naam; Mount Cadillac. We kunnen de weg omhoog met de camper doen, dus daar gaan we, naar de top, 500 meter hoger. Op zo’n 300 meter rijden we ineens in de mist, de mist word zo dicht dat we net 10 meter zicht hebben. Dan doen die Amerikanen weer goed met de gele middenstreep, die is in dit soort gevallen beter te zien dan de witte strepen. Op de berg is dus vanwege de mist helemaal niets te zien. Zelfs de overkant van de straat is amper te zien. We rijden dus maar snel weer de berg af, richting de zon. De Loop road voert ons verder langs de zee en wat mini plaatsjes om daarna het binnenland in te gaan, terug naar de entree.

In Bar Harbour wandelen we even rond. Een plaats die schijnbaar alleen bekend is vanwege z’n t-shirts, want er zijn overwegend t-shirt winkels. We zijn nu wel een keer toe aan de kreeft. Tot dusver zien we langs de kust vrijwel op elke straathoek wel een lobster shack. Overal is de mogelijkheid om kreeft te kopen, levend gekookt, of al voorbereid, je noemt het maar. Wij zijn zelf helemaal niet van de zeevruchten dus kiezen we een tussenweg, de lobster roll. Feitelijk niets meer dan een broodje met kreeft vlees. Als niet seafood fan ziet het vlees van zo’n lelijk beest er net zo lelijk uit. Een gekke roze / rode massa. De smaak is ook niet de onze, het heeft wel iets weg van krab, maar dan met een gekke nasmaak zoals mosselen kunnen hebben. Kortom; done that, never again.

We rijden het Mount Desert eiland weer af om via de kust een stuk naar het westen te gaan. Na een stuk langs de kust te hebben gereden, verlaten we voor een aantal dagen de zee. We trekken westwaarts het binnenland van Maine in. Via Augusta nemen we vooral de binnenwegen om van het mooie uitzicht te blijven genieten. In het plaatsje Poland rijden we een campground op om 1 minuut later onze camper te parkeren, we staan weer goed voor de nacht.

De camper is overigens een wat oud model, alles rammelt en sommige dingen werken niet echt lekker meer. De motor is gelukkig nog wel goed in staat om het 9 meter lange vehicel de bergen door te sturen. We kunnen beide goed rijden in het gevaarte, de lengte is hierbij geen probleem. De camper rijd zelfs een stuk soepeler dan onze oude kever. Van binnen is het lekker ruim, dit komt natuurlijk ook omdat we de zithoek kunnen uitschuiven. Dat gaat op z’n Amerikaans, geheel elektrisch. Als we niet zijn aangesloten op de elektriciteit kunnen we onze eigen elektriciteit maken dmv een generator. Verder zit er in de camper een losse stoel, 2 vaste 2 persoons bedden, waarvan 1 in een eigen slaapkamertje. Een WC, douche, dubbele wasbak, koelkast, vriezer, 3 pits gasfornuis, afzuigkap, oven, magnetron, airco, verwarming, veel verlichting en een TV. Het is dus werkelijk een compleet huis op wielen, super handig en echt Amerikaans. Nouja, zo Amerikaans zijn we nou ook weer niet, want meestal hebben wij de kleinste camper. Er zijn erbij die zo groot zijn als een touringcar, tsja, het kan hier altijd groter.

Morgen rijden we New Hampton in, tot dan.

Pat en Syl