Texas
Azoren
Roadtrip Amerika
Londen
IJsland
Zuid Amerika
Japan
Wereldreis 2009
Bosnië en Herzegovina
Onze foto's
Oostenrijk
Louisiana
Louisiana
 

Dag 36 t/m 38. Vandaag is de dag dat we na een week Texas naar een nieuwe staat rijden. Texas was enorm en op sommige delen voor ons eigenlijk niet te begrijpen. En dan heb ik het over de enorme uitgestrektheid van de woestijn (high desert) in West Texas, ons brein heeft moeite met dat te snappen. Hill country en de plaatsjes daarin zijn erg leuk soms bijna Europees aandoend. Maar vandaag is het dan dus zover, we verlaten de staat en dat doen we met de Ferry. de boot is een onderdeel van highway 87 en brengt ons naar Bolivar schiereiland. Omdat het een onderdeel van het wegennet is is deze ferry gratis

en zorgt ervoor dat we niet helemaal terug hoeven te rijden naar Houston om om een hele grote baai heen te rijden naar het oosten. Dus met de boot naar Bolivar. Zodra we op dit eiland komen valt het ons op dat alle huizen op palen gebouwd zijn en er geen zeewering is. Geen dijken, geen duinen, alleen maar een smal strookje strand. De huizen zien er geweldig uit op hun hoge benen en ook hier weer geschilderd in allerlei fleurige kleuren. We rijden over de landengte naar het vaste land en steken de grens naar Louisiana. 

De eerste 100 mijl rijden we langs de kust door een heel groot moeras gebied. Als we net de staats grens zijn overgestoken ziet Pat een ijsvogel, zijn favoriete vogeltje. We vinden Louisiana nu al leuk! Het gebied waar we doorheen rijden is een beetje vergelijkbaar met de weerribben maar dan net even iets groter. We moeten nog een keer een met een veerpond het water oversteken en zien pardoes in de haven wat dolfijnen rondzwemmen! Vlak daarna worden er een paar alligators gespot en een schildpad. En natuurlijk heel erg veel vogels zoals pelikanen. Geweldig toch! We rijden het moeras gebied uit en komen in Cajun country. Het landschap is groen, veel water, landbouw, prachtige bloesems en enorme huizen met grote bomen in de tuin waar grote stukken mos in groeien. Op de een of andere manier heeft Louisiana ons gegrepen en zelfs als we volledig de weg kwijtraken blijven we het leuk vinden. We vinden een camping bij Lafayette waar we aan een meertje staan (en meteen naast de snelweg maar dat negeren we maar). Morgen zullen we ons maar eens gaan laten voorlichten bij het visitor center dat naast de camping te vinden is om ons verblijf in deze staat zo logisch mogelijk in te delen.

Zo gezegd, zo gedaan. We lopen op donderdagochtend naar het visitor center en krijgen een stapel folders mee van Lafayette en omgeving en New Orleans en nog een aantal plantages. Terwijl we staan te praten komt er een groep van 7 gevangenen (te herkennen aan de gestreepte uniformen en oranje t-shirts...) samen met 1 vrouwelijke bewaker binnen. De dame van het centrum kapt haar gesprek met ons af om hen opdrachten te geven. Lijkt een vreemde gang van zaken maar wat weten wij daar nou van?

We besluiten naar Vermillionville te rijden, dit is een soort openlucht museum waar huizen uit de 19e eeuw staan en er worden oude ambachten gedemonstreerd. In het schoolgebouw is een super enthousiaste man die "les" geeft over de oorsprong van de Zydeco en Cajun muziek. In de omgeving van Lafayette zijn mensen erg trots om Cajun te zijn (de blanke mensen dan). Er zijn erg veel borden die het hebben over "Acadian" en we leren vandaag dat dat slaat op Franse settlers die vanuit Nova Scotia naar het zuiden zijn getrokken en zich hier hebben gevestigd. Acadian is later verbasterd tot Cajun. Cajun slaat ook op een muziekstroming die zijn oorsprong vindt in de Zydeco muziek, dat weer door de slaven is meegenomen uit Afrika en het carribische gebied. Ingewikkeld verhaal maar ik geloof dat ik het zo wel aardig heb omschreven. Eenmaal uitgekeken rijden we naar Avery Island. Dit eiland is in handen van de McIlhenny familie en deze familie is dan weer de uitvinder van de Tabasco saus. We brengen dus een bezoekje aan de Tabasco fabriek, niet perse omdat we het vaak eten ofzo maar gewoon omdat het ons grappig lijkt. Het tourtje door de fabriek is gratis en blijkt dat ook vooral te bestaan uit een reclame film en uitleg over het productie proces. Tabasco saus bestaat uit gemalen pepers, zout en azijn en staat 3 jaar lang in vaten te rijpen. Uiteraard is er een grote merchandise winkel en Pat scoort een t-shirt. Als we klaar zijn in de fabriek gaan we naar het "jungle park", een grote tuin omringt door de typische swamps van Louisiana. In de tuin staan de typische evergreen eikebomen behangen met spaans mos. Ziet er geweldig in spookachtig uit. In het park ontdekken we een kleine alligator en er staat een groot boeddha beeld. Iets verderop staan nog 2 bomen die stammen uit de begintijd van de McIlhenny familie. Deze bomen worden corner trees genoemd en gaven aan waar het het stuk land van de familie ongeveer begon en of ophield. Uiteindelijk komen we bij de bird sanctuary waar een grote groep white egrets (witte reiger) nestelt. We staan hier een tijdje te kijken en van het zonnetje te genieten en daarna rijden we terug naar de camping.

Op vrijdag gaan we langs de Mississippi rijden om een aantal plantages te kunnen bekijken. De rit naar de Mississippi toe is niet zo gek lang maar we zijn nogal moe dus we zoeken vrij snel de camping op die we vooral hadden uitgezocht namelijk de camping die hoort bij de Poche plantage. De rit langs de rivier valt wat tegen, de rivier is weliswaar indrukwekkend breed maar omdat er veel industrie en een enorme dijk is kunnen we er eigenlijk weinig van zien. We lopen 's middag nog even naar de kerk die naast de camping staat maar verder doen we eigenlijk heel erg weinig, behalve relaxen. Het huis van de plantage waar we staan is voor zover wij kunnen nagaan momenteel niet in gebruik als woonhuis maar wordt 's avonds wel een mooie manier verlicht.

Op zaterdagochtend gaan we dan echt op bezoek bij een aantal plantages. Omdat de entreeprijs nogal heftig is bekijken we de meeste huizen van buitenaf maar op Evergreen Plantation boeken we een tourtje. Samen met twee dames worden we wegwijs gemaakt op deze plantage waar op het hoogtepunt meer dan 100 slaven woonden. Deze plantage is gebruikt in de film Django Unchained van Quinten Tarantino en we zagen inderdaad wel dingen terug uit de film, zoals de markante voorkant van het huis. Op de plantages in dit deel van Louisiana werd voornamelijk suikerriet verbouwd, meer naar het noorden toe waar de grond droger is waren de grote katoen plantages. De plantage dankt zijn naam aan het grote aantal evergreen eiken dat hier staat. Om naar de slavengebouwtjes te gaan moet je door een enorme laan van deze evergreen eiken lopen, hier ook weer behangen met spaans mos wat het geheel een mysterieuze uitstraling geeft. Het tourtje duurt bijna anderhalf uur en als we om 11 uur wegrijden hebben weer heel wat geleerd. We rijden langs nog een aantal andere plantages en uiteindelijk komen we in de middag aan op onze camping in New Orleans. We besluiten vandaag de stad niet meer in te gaan en aangezien Space Cowboys op televisie is gaan we dat maar kijken. We hebben nog popcorn in de kast liggen die we zelf moeten bakken en daar is dit een goed moment voor. De popcorn zit in een soort van "pannetje" en is verdekt met alufolie. Je zet het geheel op het vuur en na een tijdje hoor je het bekend gepop van de corn. Vervolgens gaat de alufolie opzetten en heb je een enorme hoeveelheid versgebakken popcorn, heerlijk!

Dag!