FOTO'S | FILMPJES |
19 juni, Rakiraki, Fiji
Zo, we zijn net ingecheckt in een voor ons doen chique hotel en zitten ff te relaxen op ons kamertje. Sinds we Mantaray Island hebben verlaten hebben we alweer het één en ander gezien….
Woensdag na mijn geweldige zwemervaring met een Manta ray hebben we nog even geluncht, afscheid genomen van Jessica en Andrew (die onderwater foto’s hebben gemaakt van ons zwemavontuur, hopelijk mailen ze die nog) en zijn we op de boot terug naar Viti Levu, het hoofdeiland, gestapt.
Rond 6 uur ’s avonds zijn we in de haven en we laten ons door een taxi chauffeur afzetten in Nadi. We slapen in het Nadi downtown hotel en als de receptionist ons verteld dat we een kamer aan de weg krijgen denken we; nou en, dat geeft toch niet. Wat we dan nog niet weten is dat er een nachtclub tegenover het hostel is en we tot 2 uur ’s nachts harde muziek horen. Nou ja, horen…. We lijken tegenwoordig overal doorheen te slapen en we horen de muziek dan ook alleen omdat we af en toe wakker worden om naar de wc te gaan.
Donderdagochtend regelen we na een koude douche een huurauto…. We willen graag een 4-wd en kunnen dat makkelijk regelen. In het hotel kunnen ze ons niet vertellen welke auto we hebben gehuurd, we zijn dan ook aangenaam verrast als de beste auto ter wereld komt voorrijden, een Toyota Landcruiser Prado (nee geen Jeep Sjaak)! Wat een luxe voor het geringe bedrag van € 50,- per dag!! Blij als kleine kinderen gaan we op weg, het links rijden gaat al snel weer goed (alleen blijft het onhandig dat ze ook de ruitenwisser en richtingaanwijzer om hebben gedraaid, hihihihi) en we rijden dan ook vrij relaxed over de Queens Highway richting de hoofdstad Suva. De naam doet vermoeden dat het gaat om een brede, mooi onderhouden snelweg. En al is dit inderdaad de beste weg die het eiland rijk is, het lijkt nog steeds meer op een provinciale weg als op een highway. Het is niet zo druk op de weg en de Fijianen lijken rustige rijders totdat ze vinden dat je te langzaam rijdt…. Ze zouden dan het liefst door je heen willen rijden en op bepaalde ogenblikken lijkt die kans aanwezig vooral als er hard geremd moet worden.
Onderweg wijken we van de highway af om de Momi guns te gaan bekijken. Momi guns is een historische plek voor Fiji, hier hebben ze in WWII afweergeschut geplaatst om de enige vrije doorgang naar Fiji te verdedigen. De vrije doorgang bestaat uit een diep stuk oceaan van een meter of 100 breed zonder de gebruikelijke koraalriffen. Op alle andere plekken in Fiji liggen koraalriffen als natuurlijke bescherming tegen grote schepen alleen op deze ene plek niet en die moest natuurlijk goed beschermd worden tegen een eventuele Japanse invasie. Het blijkt dat de geweren (met kogels van 15cm doorsnee en een bereik van 50 kilometer) niet zijn gebruikt en dat de opmars van Japan bij de Micronesische eilanden is gestopt. De hier gelegerde Nieuw Zeelandse en Australische soldaten hebben dus kunnen genieten van het prachtige Fiji zonder daadwerkelijk iets te hoeven doen. We worden hier rondgeleid door een verschrikkelijk aardige man die regelmatig een rij prachtig witte tanden bloot lacht en erg geïnteresseerd lijkt te zijn in ons platte landje, “is het echt helemaal plat??” vraagt ie tot 3 keer toe.
We komen door het stadje Sigatoga en besluiten er te gaan lunchen. Al wandelend door het stadje en over de lokale markt spreekt een mannetje ons aan. Natuurlijk erg vriendelijk begint hij van alles uit te leggen over de lokale groenten en de fruit produkten op de markt, leuk om te zien. Uiteindelijk nodigt hij ons uit om eens in zijn ‘winkeltje’ te kijken. Nou ja winkeltje, het is meer een tafel, hij verkoopt sieraden gemaakt van koraal en schelpen. Hij duwt ons meteen een afschuwelijk lelijke toeristen schelp in de handen, een kadootje. We begrijpen natuurlijk meteen dat er verwacht wordt dat we iets kopen bij hem. Omdat de sieraadjes daadwerkelijk leuk zijn kopen we allebei een ketting. Pat een stoere en Syl een meisjes ketting met een bloem eraan. Na wat afdingen betalen we het mannetje € 17,- We hadden verwacht dat Fiji erg duur zou zijn omdat veel goederen en grondstoffen moeten worden ingevlogen of verscheept moeten worden. Maar het blijkt allemaal erg mee te vallen. Een gemiddelde lunch maaltijd kost 5 euro, een biertje ongeveer € 1,50. Een Landcruiser voor € 50 per dag is natuurlijk ook erg meegenomen en meestal betalen we niet meer dan € 30 voor een overnachting.
Als we eenmaal verder rijden blijkt dat de weg waar we op rijden voor een groot deel ongeasfalteerd is, gelukkig hebben we onze Lancruiser!! Onderweg hadden we besloten om vlakbij Suva, de hoofdstad van Fiji, een lodge te nemen. Na een indrukwekkende rit langs stranden, koraalriffen, bergen, leuke dorpjes en heel veel vriendelijke mensen vinden in 1 keer de Raintree lodge. De lodge ligt zoals doet vermoeden in een regenachtig gebied. ’s Nachts worden we dan ook getrakteerd op een tropische regenbui, maar dan liggen we al te ronken. Ondanks dat de lodge vrij dicht langs de weg ligt is het er lekker rustig. We hebben een kamer met balkon aan een grote vijver met waterlelies. Als het begint te schemeren zien we een aantal flying dogs een boom tegenover ons bezoeken. We pakken de verrekijker en zien een diertje lekker smikkelen van de bloemen aan deze boom, een mooi gezicht.
Wat later besluiten we naar het restaurant te gaan om een biertje te drinken, wat te lezen en een stukje te tikken op de laptop. De lodge lijkt vrijwel verlaten, er zijn maar 2 tafeltjes bezet. Na het stukje te hebben getypt proberen we het naar onze website te sturen, maar ja het internet is zo langzaam en valt zelfs uit, dat mislukt dus. Na de biertjes duiken we het restaurant in en nemen plaats aan een andere vijver. De vijver en omliggende bomen zijn mooi uitgelicht, we hebben dus weer een mooi uitzicht. En als de serveerster dan ook nog een kaarsje aansteekt is het ineens wel heel romantisch.
Na het eten proberen we het internet nog eens, maar weer mislukt het. We krijgen het wel voor elkaar om onze voucher voor een hotel in Auckland uit te printen. We zijn weer vroeg naar bed gegaan. Vrijdagochtend waren we lekker vroeg wakker, rond 6:30. Beetje inpakken en lummelen en van een goed ontbijtje met uitzicht genieten. We proberen voor de derde keer, deze keer met succes, om het stukje op de website te plaatsen. Pat schrijft een lullig kort mailtjes naar Pa en Ma om ze een goede reis naar Indonesië te wensen. Sorry Pa en Ma voor de korte mails, maar nogmaals een prettige reis gewenste namens ons.
We springen weer in de Landcruiser en rijden richting het noorden van het eiland. Het eerste stuk is erg mooi, volledig begroeit als een soort oerwoud en goed berijdbaar. Na een tijdje komen we op een dirtroad terecht en kunnen we onze Landcruiser eens uitproberen, die heeft natuurlijk nergens problemen mee. Iets verderop komen we een aantal kilometer modder tegen en Syl besluit toch maar even de 4 wheeldrive in te schakelen, zonder problemen komen we in het noorden van het eiland aan.
Het idee was om te overnachten in een resortje op een eilandje iets uit de kust. Eenmaal aangekomen in de haven waar de ferry zou moeten gaan vinden we nergens enige informatie. De haven lijkt niet meer te bestaan en “ons” resort lijkt nergens te zijn aangegeven. Een Lonely Planet is dus niet altijd up-to-date. Omdat we wel trek hebben besluiten we te lunchen in een resort vlakbij, zo’n net iets te duur ding, maar wel met lekkere live achtergrond muziek. Wat nemen nog een dirtroad en zoeken het hotelletje op waar we nu dit berichtje tikken.
Na 3 dagen op een tropisch privé eiland te zijn geweest zijn we verrast over de schoonheid van het hoofdeiland. We hadden beide niet verwacht dat het land zo veelzijdig zou zijn en hebben het dus erg naar onze zin. Over 3 dagen vliegen we naar New Zealand om dinsdag onze camper op te halen. Wat een leventje toch ;-)
Carpe Diem
FOTO'S | FILMPJES |
Reacties mogelijk gemaakt door CComment